maart 2016
Woord vooraf van het bestuur

Tijdens de laatst gehouden bijeenkomst op 31 oktober 2015 hebben we in goed overleg besloten tot een wijziging in de samenstelling van het bestuur. Na hun jarenlange en gewaardeerde lidmaatschap nemen we als bestuur afscheid van Hein, Arend en Saskia, terwijl David aanblijft, in duo met zijn broer Thomas, de website beheerder. Als derde bestuurslid treedt Haye van Giffen aan, waarmee we volgens de statuten dan voldoen aan de minimum grootte van het bestuur. Klaas blijft samen met Thomas onze website vangiffen.org op orde brengen en uitbouwen.
Van de redactie
In deze Nieuwsbrief kan ieder familielid zijn voorkeur opgeven voor de Familiedag 2016 en kan iedereen zich inschrijven voor een exemplaar van de biografie van ds. Reitze van Giffen.
Behalve de gebruikelijke rubrieken Lief en Leed en de Fotopuzzel besteden we dit keer aandacht aan de woningen van onze voorouders Van Giffen in de regio van Heerenveen. Ook weer een paar vondsten uit het familie archief in deze Nieuwsbrief. Het digitale archief wordt momenteel stukje bij beetje overgebracht naar onze website vangiffen.org, met alle informatie (documenten, foto’s) gesorteerd op de betreffende persoon. Dus ook bijvoorbeeld een aantal uitgetypte preken van ds Reitze van Giffen. Dat alles zal vanzelfsprekend nog de nodige tijd in beslag nemen. Tenslotte opnieuw een spannend verslag van een inbraak, alweer bij een David Flud van Giffen, dit keer in Sneek.
Deze Nieuwsbrief wordt digitaal verstuurd naar 80 mailadressen van leden van de familie Van Giffen.
Hopelijk is het voor de familie ook dit keer een genoegen om deze Nieuwsbrief te lezen.
Klaas van Giffen (Overveen)

Introductie Thomas van Giffen
Zoals in een familiebulletin betaamd begin ik deze introductie graag met een verwijzing naar onze stamboom waar ik onder nummer XIII.x vermeld sta. In het dagelijks leven ben ik echter beter bekend als Thomas van Giffen. En voor degenen die dat ook nog niet veel zegt, ik ben de jongste zoon van Coos en Trudy van Giffen uit Harlingen en broer van David (Lemmer).
Ik ben getrouwd met Leticia Gennes Beltrán, geboren en getogen in Sevilla (Spanje), waarmee ik in Genève (Zwitserland) woon. Sinds 2008 werk ik daar voor de Verenigde Naties (UNCTAD om precies te zijn) waarvoor ik onder meer onderzoek doe naar beleid en regelgeving op het gebied van buitenlandse investeringen en daar overheden in ontwikkelingslanden over adviseer. Verder heb ik mij vanuit een persoonlijke interesse het bouwen van website eigen gemaakt en ben als zodanig verantwoordelijk voor de huidige familiewebsite. Verder brouw (en drink) ik met veel plezier mijn eigen bier dat ik met een vriend hier in de Franse Alpen brouw.
Introductie Haye van Giffen
Voor degenen die mij nog niet kennen wil ik graag van de gelegenheid van deze familienieuwsbrief gebruik maken om mezelf te introduceren. Mijn naam is Haye van Giffen en ik ben als tweede zoon van de drie kinderen van Ate van Giffen en Paula Rietdijk geboren in 1991 te Haarlem. Samen met mijn vriendin Ilse van der Stroom woon ik in Hoofddorp en zijn wij de gelukkige ouders van twee meisjes; Sam van Giffen (2,5 jaar) en Tess van Giffen (6 maanden). Het gezinsleven combineer ik in dit laatste (drukke) jaar 2016 met het afstuderen van de opleiding Bestuurskunde in Amsterdam en twee dagen in de week werken als Vertegenwoordiger voor Marechal Electric, een bedrijf uit Frankrijk dat zich wereldwijd specialiseert in de productie en verkoop van elektrotechnische producten aan bedrijven.
Het mogen krijgen van een gezin op jonge leeftijd heeft ervoor gezorgd dat ik het belang van een hechte familie, en het plezier dat dat met zich mee kan brengen, meer en eerder ben gaan inzien dan voorheen in mijn leven. Het is dan ook om die reden dat ik een actievere rol binnen de Stichting wil aannemen door zitting te nemen in het bestuur en mensen die dat leuk vinden te voorzien van columns, familiedagen en nieuwsbladen. In deze nieuwsbrief vinden jullie dan ook mijn eerste column die gaat over het vaderschap.
Haye’s Column (1)
Sam is een typische peutermeisje. Klein, blond een voorliefde voor alles wat roze is. Op dit moment bevindt zij zich in opperste concentratie. Met veel plezier kijk ik met een vanille-ijsje vanaf een bankje toe hoe mijn dochter van alweer bijna drie de streepjes tussen de gekleurde tegeltjes van de vloer in het winkelcentrum probeert te ontwijken als ze landt. Ze beoefent de voor mij allang verloren kunst van het hinkelen nu al ruim tien minuten, en toegegeven ze is er opvallend goed in. Mijn kind kan om het geringste ongelukkig of gelukkig zijn, en dat prijskaartje maakt haar al helemaal niks uit. De dag dat zij haar gloednieuwe, ietwat prijzige, speelgoedhuis links liet liggen om een halve meter daarnaast zich een uur lang te vermaken met een lege pot pindakaas staat dan ook vers in het geheugen gegrift.
Mijn kleine spruit is omgeven door ‘grote mensen’, volwassenen, die druk in de weer zijn met het halen van hun boodschappen. Opvallend; er wordt zeer weinig gelachen door de ‘grote mensen’ om haar heen. Boodschappen halen gebeurt zo efficiënt mogelijk, de kortste rij van de kassa wordt opgezocht en bij het weglopen wordt mijn dochtertje vanuit de ooghoeken gezien als een obstakeltje van nog geen meter waar omheen gelopen hoort te worden om zo snel mogelijk bij de auto te geraken. Het contrast tussen de efficiënte volwassenen en mijn spelende telg kan niet groter.
‘Als je iets in je kind wilt veranderen, dien je eerst binnen jezelf te onderzoeken en te kijken of het niet beter is om iets in jezelf te veranderen’ heeft Carl Jung eens gezegd. Ik vraag me af wie er beter af is, mijn dochter of de efficiënte volwassenen. Het plotselinge besef dat naast dat ik mijn kind veel kan leren, zij mij ook veel kan leren komt even hard aan. Hier, op het bankje in een winkelcentrum, heb ik zojuist besloten om naast het leren aan mijn dochter mij ook te laten onderwijzen door mijn dochter. Ik denk dat het me nog zal verbazen hoe opvallend intelligent een 3-jarige kan zijn.
Lief en leed
Een nagekomen bericht: op 5 juni 2013 is geboren in Heide in Schleswig-Holstein (D) de tweeling: Hanna-Lientje en Telse-Louisje van Giffen, dochters van Tjeerd van Giffen en Susanne Hagge. Op verzoek stuurde Tjeerd een fraai gezinsportret. De meisjes van inmiddels twee jaar oud zijn zusjes van Ida-Liesje (5) en Keethe-Lottje (7). Zij wonen: Dorfstraße 10, 25767 Wennbüttel (D).
In de Van Giffen stamboom heeft zich na honderd jaar opnieuw een Amerikaanse tak ontwikkeld, die bestaat uit het nageslacht van Flud van Giffen uit Roodkerk en zijn tweede vrouw Rose Colcord. Tijdens een recente inventarisatie van deze tak bleek dat de drie kinderen uit dit huwelijk allemaal in de USA wonen en zelf kinderen hebben voortgebracht, die hieronder eens worden opgesomd:
- Oudste dochter Zaïd is getrouwd met Jeremy Walker en zij hebben inmiddels twee kinderen: Zoë en Finn Gray Walker.
- Tweede dochter Astrid is getrouwd met Kevin Wasson en zij hebben een zoon Kieran Flud en een dochter Tova Rose Wasson.
- Jongste kind Robbert van Giffen is getrouwd met Heidi Kaiser en na de geboorte van zoon James Wyatt Flud van Giffen werd op 11 oktober 2015 de jongste loot geboren: dochter Emelia Rose Louise van Giffen.
Je eigen @VanGiffen.org emailadres!
Sinds kort is het mogelijk om een wel zéér persoonlijk emailadres aan te vragen voor de familiepost, die ook bruikbaar is voor je gewone mailverkeer. Al degenen die zich op deze website hebben geregistreerd of nog gaan registreren kunnen zich opgeven voor een persoonlijk emailadres, bestaande uit een zelfgekozen voornaam en @vangiffen.org.
Via onze website kunnen wij namelijk ieder emailadres aanmaken dat eindigt op @vangiffen.org. De meeste email programma’s bieden tegenwoordig de mogelijkheid om alternatieve emailadressen te koppelen. Je blijft dan dus gewoon gebruik maken van je vertrouwde email programma (en ook je oude emailadres blijft gewoon in gebruik), maar kunt dan ook kiezen om je email via dit persoonlijk familie emailadres te versturen. Voor meer informatie of om alvast een @vangiffen.org emailadres aan te vragen, stuur een email naar Thomas van Giffen via thomas@vangiffen.org.
Tentoonstelling Diever
Tineke Zweers-van Giffen meldde dat er op 31 maart a.s. in Diever een tentoonstelling zal worden geopend over leven en werk van Albert Egges van Giffen, die jarenlang inwoner van Diever is geweest.. Tineke heeft als kleindochter van de archeoloog wat hand en spandiensten verleend. Zodra er meer details beschikbaar komen, dan worden deze bekend gemaakt.
Inschrijven voor Familiedag 2016
We willen als bestuur graag weten hoe groot de animo is voor een familiedag in augustus, september of oktober dit jaar. We zoeken nog naar de mogelijkheden voor een bijeenkomst met een borrel en BBQ voor jong en oud, waarbij de jongeren zich kunnen vermaken in een speeltuin of uitspanning en waarbij de ouderen vooral met elkaar kunnen bijpraten.
We kunnen deze familiedag gratis aanbieden aan alle ons bekende familieleden, onder de voorwaarde dat er zich minimaal 40 en maximaal 75 deelnemers opgeven. We hebben als Stichting Familie van Giffen nog wat geld in kas en het lijkt ons helemaal in lijn met de doelstelling van de Stichting om een deel van dit geld te besteden aan een familiedag.
Deelnemen? Laat het svp uiterlijk op 1 mei weten aan één van de bestuursleden (zie het Colofon onder aan dit Nieuwsbulletin). Zodra we de animo weten, komen we er zo snel mogelijk apart op terug!
Inschrijven voor Biografie ds. Reitze van Giffen
Vorig jaar heeft Klaas van Giffen veel archief onderzoek verricht voor het schrijven van de biografie van zijn grootvader ds. Reitze van Giffen (1859-1938).
Dat zal binnenkort leiden tot de publicatie van een boek met diverse bijlagen, dat op termijn op onze website vangiffen.org zal verschijnen als een pdf-bestand. Voor de familieleden die het liever als een echt papieren boek in bezit willen hebben is het nu mogelijk om een exemplaar te reserveren. Afhankelijk van het aantal bestellingen zullen de kosten komen te liggen op een bedrag tussen de € 20 en € 30 (excl. € 5 verzendkosten). Het boek is uitgevoerd met harde kaft en telt 128 pagina’s op een staand A4-formaat met 137 zwart-wit illustraties en familiefoto’s. Stuur voor een reservering uiterlijk op 31 maart a.s. een mail naar klaasvangiffen@online.nl onder opgave van het aantal exemplaren en het verzendadres.
Fotohoek
De oplossing van de fotopuzzel in Nieuwsbrief 26 luidt: Lambertus Klaas van Giffen, de latere notaris in St. Anna Parochie en Balk. Hij was een fotogeniek persoon en heeft zich, steevast voorzien van een stevige snor, tijdens rechtenstudie en militaire dienst, meermalen op foto laten vastleggen:


Nieuwe fotopuzzel
Deze foto is vrij algemeen bekend uit meerdere familie albums. Op de bank zit Merkje van Giffen-van der Kluft met haar dochter Luiktjen (oftewel Zus, Lucy of Luus), terwijl achter haar staan afgebeeld Eelkje (links) en Aaltje van Giffen.
Maar bij dezelfde gelegenheid werd in 1916 ook onderstaande foto gemaakt, waarop talrijke jonge Van Giffen’s en Van der Kluften ons aanzien. Wie herkent ze nog en weet ze ook te benoemen? En wie weet misschien ook nog bij welke gelegenheid deze plaat gemaakt is? We zijn benieuwd!
Een brutale inbraak bij David Flud van Giffen (bis)
Publiceerden we in het vorige bulletin een krantenverslag van de inbraak bij notaris David Flud van Giffen in Wolvega, een paar eeuwen eerder was het in Sneek ook al raak. Iets dergelijks is namelijk een andere David Flud overkomen en wel de beroemd geworden predikant. Het gebeurde om precies te zijn op 10 maart 1686.
In juli en augustus 1906 publiceerde Hepkema’s Courant (Het Nieuwsblad van het Noorden) in de rubriek “VLUCHTIGE KIJKJES IN ‘T VERLEDEN der STAD SNEEK” het volgende artikel, gebaseerd op de informatieboeken van de stad Sneek:
Inbraken en diefstallen kwamen zelden voor in de stad. Zelfs kleine dieverijen waren niet menigvuldig, dank zij de waakzaamheid van de wachten en de ratelaars, van den majoor en zijn assistenten. Dank zij ook de gesloten poorten bij nacht, zoo te land als te water, zoodat niemand ongezien de stad kon verlaten.
De verlichting der stad is van later datum.
Voor dien tijd en wel in den jare 1686, hebben we een bijzonder geval geboekt gevonden, het eenigste van dien aard in den loop van vele jaren. Bijzonder op zich zelf, maar ook op den daarin betrokken hoofdpersoon, de heer Ds. David Flud van Giffen. Geboren en getogen te Sneek, werd hij in 1674 tot predikant beroepen te Wijckel, in 1678 tot Nieuw-Brongerga of De Knijpe en in 1681 te Sneek.
De approbatie van dit beroep heeft veel moeite en strijd gekost. In de historie wordt deze predikant hoogelijk geroemd om zijne buitengewone gaven van verstand en hart.
Zijne geschriften zijn zeer bekend geworden en door Prof. Voget met een lofrede in ‘t licht gegeven.
Na deze korte uitweiding keren we tot Sneek terug. Daar heeft ‘de nieuwe predikant’, gelijk we Van Giffen genoemd vinden, gewoond met zijne zuster Alijd Helena als huishoudster en een dienstmeisje op een bovenhuis, met drie opkamers. Deze werden gehuurd van ene Mejuffrouw Hogeveen, die met hare schoondochter Mej. Stuard het benedenhuis bewoonde. De laatste had een zoon Gerrit en eene dochter Maria: Ze waren van goede familie.
Nu gebeurde het in den nacht van Dinsdag 10 maart 1686, dat er eene geweldige beroering kwam in dit groote huis, dat door een poort van de straat was gescheiden. Mogelijk dat met die poort een stoep was bedoeld, welke destijds voor alle huizen werd gevonden, maar veeleer heeft men hier aan een steenen boog met deur te denken, toegang verleenende tot een steeg naast het huis of tot den tuin, gelijk men die nog wel ziet in de steden. Die poort werd ‘s avonds zorgvuldig gesloten, even als alle deuren. Men sliep dus veilig en rustig binnen de muren.
Dat zou men denken, doch sedert eenigen tijd had het er af en toe gespookt boven, zonder daarvan de oorzaak te kunnen ontdekken. Misschien wel inbeelding werd er soms gedacht. De bovenbewoners spraken er dan ook niet over met die van beneden, teneinde geen onnoodige onrust te verwekken.
In den nacht bovengenoemd werd er weer een verdacht geluid gehoord, het klonk als een zacht gerinkel van glaze n of zilver tegen elkander. Luisterend lag de predikant te bed, zich zelve afvragend hoe of wat dit toch mochte zijn. Kort daarop hoorde hij op straat zeer hard schellen en de nachtwacht roepen: drie heeft de klok, de klok heeft drie.
Alijd Helena had het bellen ook gehoord en was er door ontwaakt doch sluimerde spoedig weer in, denkende dat haar broeder bij een ziek zou zijn geroepen, gelijk meermalen voorkwam. Zoo verklaart deze voor de rechter en verder: “kort daarop werd ik weder gewekt door mijn broeder, die stil voor mijn bed was gekomen en zachtkens zeide “Alijd Helena, daar is licht op onze voorkamer, ik vrees dat er dieven zijn, want ik heb de glazen of het zilver tegen elkanderen hooren rinkelen, sta dus schielijk op, ik zal mij wagen en zien of ik de wacht bij ons kriege.”
Hierop sloop de predikant naar zijn kamer terug, schoot schielijk zijn nachtrok aan, snelde zacht de trappen af en de poort uit om hulp in het dreigend gevaar.
Luidkeel begon hij te roepen, zoodat het verre gehoord kon worden en twee ratelaars spoedig toesnelden , doch helaas, toen zij door de poort weder in huis wilden gaan, bleek deze gesloten te zijn. Vermoedelijk was ze dichtgeslagen door den wind, doch ook de dieven, die er mogelijk waren, konden de hand in het spel hebben gehad. Men riep van buiten om hulp, die van binnen moest komen, van zuster Alijd had de broeder verwacht, doch deze liet op zich wachten. Wat zou er wezen en hoe zou het met Alijd gesteld zijn? Angst en bezorgdheid maakt zich meester van de mannen voor de poort, inzonder van den predikant, met reden, zoals in ‘t volgend stuk zal blijken.
Alijd Helena, die alleen was achtergebleven met het dienstmeisje Geertje, dat was blijven doorslapen, evenals de benedenwoners had zich, na door haar broeder geroepen te zijn om op te staan, stilletjes uit hare slaapamer verwijderd, om te zien wat er was van het licht op de voorkamer, waarvan haar broeder gesproken had.
Voor de deur gekomen ontwaarde een donker licht en toen verschrikte ze zeer. Niettemin behoedzaam voortgaande, hoorde ze ook eenig gerucht en toen durfde ze niet verder, zoodat ze volgens haar eigen woorden “zeer verschrikt is teruggetreden, zich plaatsende in de deur van de trappen, die bij de bovengang was. Daar staande werd de deur van de bovenkamer zeer voorzichtig een weinig opengedaan en zag ik dat iemand zijn hoofd er doorstak , wat mij vreselijk ontstelde. Zoodra die persoon mij ontwaarde, smeet hij met groote perfersheid de deur open en vloog rechtuit op mij aan.
Het was een verschrikkelijk monster, in een wijde losse rok, die swierde aan beide kanten van den muur, hebbende geen schoenen aan de voeten, hangende hem zijn hozen op de hengsels (enkels), het haar zwierde hem om den kop en zijn hoed had hij in den hand. Wild en woest zag hij er uit en haast vloog hij mij onder den voet. Doe was het licht al uit, dat hij in zijn hoed gehad met hebben en hij dachtte mij voorbij te snappen, doch ik vatte hem bij een van zijn rokspanden en begon luidkeels te roepen een dief, een dief. Doch de haast verwachte hulp bleef uit en worstelende met elkanderen sleepte ik wel half de trappen met hem neer. Doe ontscheurde hij mij en zette ik hem nog na, doch in een oogwenk was hij nu verdwenen. Bij de poort gekomen riep ik weder luidkeels “een dief, een dief, en vond daar mijn broeder met de ratelaars in groote verlegenheid. Liefstû nog? riep mijn broeder in doodelijken angst, zoodra ik de poort geopend had.
“Moord, moord, roep Stuard”, gilde ik en op hetzelfde oogenblik kwam deze te voorschijn, zeer verbaasd vragende “wat isser, wat isser,”
“Wat zu er wezen”, antwoordde ik “zoek mee en schreeuw” Ontzet liep hij toen mee de straat over, zonder rok en met een muts op zijn hoofd, doch spoedig gaf hij het op, zeggende dat hij te vier ure met het trekschuit na Leeuwarden moeste, gelijk hij ook gedaan heeft.”
De predikant, zijne zuster en de ratelaars begaven zich nu met in huis en naar boven, waar een verschrikkelijke stank werd waargenomen, oordelende ‘t zelve te wezen lonte of tondel en toeziende vond de zuster daar den hoed, welke de dief in de worsteling met haar hadde verloren en die wel voor de helft verbrand bleek te wezen.
In dien hoed had de dief blijkbaar zijn kaars bedekt gehouden en zo was daar de brand in gekomen: het was een fraaie hoed, zwart van couleur met een pluim en met een zilveren galon of koorde omgeboord.
De predikant verschrikte geweldig, toen hij dit hoofddeksel zag, dat hem bekend was en zonder dat de ratelaars het merkten, stopte hij het gehavende voorwerp stilletjes onder ‘t matras van zijn paviljon daar hij op sliep, zeggende tot de ratelaars, van de geheele historie te willen swijgen.
Uit het vorenstaande zal men reeds begrepen hebben dat Gerrit Stuard voor den dader werd gehouden en toen de Juffrouwen Hogeveen en Stuard (zijnde de grootmoeder en moeder van Gerrit) ook op de kamer kwamen om te vernemen wat er gaande was, werd de eerste door den predikant in ‘t geheim betrokkenen haar den hoed getoond, waar op zij begon te schreijen en de handen te wringen, hem biddende stille te zwiegen, zeggende “mijn dochter zal hier den dood aan lijden”. Daarop hare dochter roepende, zeide zij snikkend: Elisabeth, het is dyn kinds hoed, welke doe ook seer altereerde, mede biddende alles verborgen te willen houden.
Dienzelfden morgen kwamen de juffrouwen terug bij den predikant om hem te raadplegen. Zij verzochten hem aan Gerrit een brief te willen zenden, om niet tot Sneek terug te komen, maar naar zijn oom Stuard te gaan, predikant op een dorpje bij Bergen-op Zoom.
Wij hooren verder, dat Gerrit dezen winter een zeer ongebonden leven gevoerd en veel geld verspeeld hadde. Hoe hij daaraan gekomen was? “Ik hebbe het hem niet gegeven en het is ook in mijn macht niet”, verklaarde de moeder, maar achterna bedenkende moest haar zoon met Willemke Sjoerds, de vorige meid, dat geld gestolen hebben. Daarin waren allen het eens en dit verklaarde ook de Spokerij. Ten slotte vroeg de moeder de raad van den predikant of haar zoon niet naar Oost-Indië kon, want, ze kon zo niet langer leven en hem ook niet langer onderhouden.
Nog blijkt uit de verhooren, dat Gerrit de eene na de andere voor den degen had geëischt en dien zelfs had getrokken tegen den vaandrig Atsma.
Toen de vrouwen vertrokken waren, kwam de zuster Maria uit naam van hare moeder en grootmoeder om den hoed te mogen hebben. De predikant verwees haar naar zijne zuster en deze werd instantelijk door haar verzocht den hoed weg te willen maken, want zij durfde geen mensch meer aanzien en niet in de kerk komen, zeggende dat de luiden op de merk haar meid al hadden nageroepen “Als Gerrit van Leeuwarden thuis komt zal hij wel een nieuwen hoed op hebben, waar geen pluimen op zitten.”
Maar Gerrit schijnt wijselijk niet weer tot Sneek gekomen te zijn. Het Hof heeft althans geen veroordeelend vonnis over hem uitgesproken. Vrij zeker heeft Ds. Van Giffen de zaak in die richting geleid en de Juffrouwen grooter leed bespaard.
Langs de woningen van onze voorouders Van Giffen
In het kader van de biografie van grootvader Reitze van Giffen ben ik op zoek gegaan naar de locatie van zijn geboortehuis. Ik wist alleen dat Reitze, net als zijn broers en zussen, is geboren in Het Meer bij Heerenveen, maar dat alleen zijn jongste broer Ate is geboren in Luinjeberd in de vroegere gemeente Ængwirden (nu is dat gemeente Heerenveen). Navraag bij drie heemkundigen in Het Meer en Heerenveen heeft uiteindelijk het antwoord opgeleverd. De heer Albert Hoekstra, medeschrijver van het regionale boek ‘Vier dorpen, één streek’ verwees me door naar een paar specialisten, de heren Wibbo Westerdijk in Heerenveen en Feito van der Wal in Het Meer, die met recht en respect kunnen worden gekenschetst als heemkundige ‘spitters’. Dankzij hun parate kennis en archiefonderzoek werd duidelijk dat Reitze in 1859 ter wereld is gekomen in het huis op het toenmalige kadastrale perceel Het Meer B71, dat overeenkomt met het huidige adres Het Meer 203.

Dat huis is in 1856 gekocht door Reitze zijn ouders, de kandidaat notaris David Flud van Giffen en Aaltje Hofman, die in een aanpalend huis ook inwoning verschaften aan David’s vader Jan van Giffen, de bejaarde voormalige apotheker en chemist uit Steenwijk.

In 1869 raakte David gefortuneerd door een erfenis van zijn oom, de notaris Ate Attema en zodoende was hij in staat om voor zijn gezin een woning te kopen op een naastliggend perceel grond, dat kadastraal was gelegen in de aanpalende gemeente Ængwirden. Deze klassieke notariswoning staat er anno 2016 nog steeds pront bij op het huidige adres Het Meer 193.


Het geboortehuis van David Flud vond ik na een moeizame zoektocht in de archieven van zijn geboorteplaats Steenwijk. David’s vader Jan van Giffen bezat daar van 1823 tot 1856 een apotheek met eigen laboratorium. Deze zaak was gevestigd in het toenmalige huisnummer 24 aan de Oosterstraat, dat is het huis met de fraaie halsgevel, dat op de onderstaande foto uit 1890 is gemerkt met ‘X’.

Anno 2015 is het pand onherkenbaar veranderd in een winkel aan de huidige Oosterstraat 39.
Nog verder terug gaand in de tijd komen we terecht bij de ouders van apotheker Jan van Giffen en dat was de predikant David Flud van Giffen. Tijdens mijn zoektocht naar het adres van notaris David Flud in Het Meer werd ik door de heemkundige Feito van der Wal vanuit zijn foto archief opmerkzaam gemaakt op het pand Breedpad 27 in hartje Heerenveen, waar vanouds de pastorie van de Hervormde kerk van Heerenveen gehuisvest is geweest:

Anno 2016 wordt dit historische pand particulier bewoond, maar in deze pastorie heeft onze voorvader David Flud met zijn vrouw Hendrikje Heggers en hun acht kinderen Annigje (Antje), Jan, Anna, Roelofje, Johanna, Neeltje, Lambertus en Gerritje van Giffen gewoond in de jaren van zijn predikantschap in Heerenveen, tussen 1797 en 1839.
